“Papa! Papa! Ik vond een insect op de boom! Je moet nú komen kijken!” En ja al snel vinden we de bladpootrandwants even verderop terug. Niet dat ik nu zó een expert ben voor wat bereft insecten, maar mijn dochter wil tóch wel weten hoe dit beestje heet. Of ik hem even met de telefoon wil identificeren.
Zo gaat het eigenlijk al sinds ze kon lopen. Een oneindige interesse in alles wat kruipt, sluipt, fruit, bloeit, trippelt en schimmelt. De herfst is dan ook een topseizoen voor haar: de paddestoelen en beestjes tieren namelijk welig.
Voor mij is dit een uitgelezen excuus om met haar eens uitgebreid de paddestoelen te bewonderen, de bast van dode bomen te pulken, rot hout open te breken of een stapel blaadjes om te keren. Wat een schatten vinden we samen! Zo trok ze doodleuk een trosje vruchtjes van een eensteilige meidoorn (ontdekten we), met de vraag of deze eetbaar zijn (dat zijn dus schijnbaar).
De grootste schat die ik vind, is natuurlijk dat ik dit samen met haar mag ontdekken…en dat je de wereld ziet door ogen van een kind…