De Tijdmachine-retro werkt met een toekomstgerichte benadering en geeft het team de kans om creatief te reflecteren op hoe ze de komende maand willen aanpakken.

Hier is een uitgewerkte versie voor een sessie van 30 minuten:
Tijdmachine Retro: 30 Minuten
Doel: Verbeeld een toekomstige sprintperiode en reflecteer op wat men graag zou willen bereiken, vermijden, of anders doen. Dit maakt de retro positief en toekomstgericht, in plaats van dat men vastzit in oude patronen.
1. Introductie en Opwarming (5 minuten)
- Activiteit: Begin met een korte introductie waarin je de metafoor van de tijdmachine uitlegt:
- “Stel je voor dat we allemaal een maand vooruit zijn gegaan met een tijdmachine. Het is nu een maand later, en we kijken terug op de komende sprint. Hoe zou deze ideale maand eruitzien?”
- Incheckvraag: Vraag iedereen om één woord te kiezen dat hun ideale sprint beschrijft, zoals efficiënt, innovatie, rustig, etc. Dit helpt om het denken in de richting van toekomstige successen te zetten.
2. De Perfecte Sprint: Wat ging goed? (10 minuten)
- Doel: Identificeer positieve elementen die de komende periode ideaal zouden maken.
- Activiteit: Vraag iedereen om één aspect van hun ideale maand te beschrijven. Laat hen zich voorstellen dat dit aspect perfect liep en vraag hen om de details:
- “Wat is één ding dat we deze maand hebben gedaan waar we enorm tevreden over zijn?”
- “Welke nieuwe aanpakken hebben we uitgeprobeerd die ons echt hebben geholpen?”
- Laat iedereen hun antwoord kort en bondig noteren, bijvoorbeeld op post-its of een digitaal bord. Stimuleer het gebruik van specifieke details over processen, communicatie, of samenwerking.
3. Terugkijken vanuit de Toekomst: Wat ging minder goed? (10 minuten)
- Doel: Ontdek potentiële struikelblokken of valkuilen in de komende maand.
- Activiteit: Vraag deelnemers om zich voor te stellen dat er iets tegenviel of minder soepel ging. Dit kan een specifiek proces, gedrag of obstakel zijn:
- “Wat is één ding dat we tegenkwamen en liever anders hadden gezien?”
- “Welke dingen hadden we beter kunnen voorkomen of oplossen?”
- Laat hen ook nu specifieke details noteren. Zo kun je concrete valkuilen en mogelijke oplossingen bespreken, zonder dat men het gevoel krijgt terug te kijken op fouten.
4. Acties en Commitments: De Eerste Kleine Stap (5 minuten)
- Doel: Formuleer haalbare acties die het team kan ondernemen om dichter bij hun ideale sprint te komen.
- Activiteit: Vraag iedereen om een kleine, concrete actie op te schrijven die ze kunnen uitvoeren in de komende dagen:
- “Wat is één klein ding dat je kunt doen om deze komende sprint meer te laten lijken op onze ideale sprint?”
- Verzamel deze acties en noteer ze op een zichtbaar bord of in een digitale notitie. Zo krijgt iedereen inzicht in elkaars inzet om de komende maand beter te maken.
5. Afsluiten met een Positieve Blik (2 minuten)
- Doel: Eindig de sessie met een positieve mindset en verbondenheid in het team.
- Activiteit: Laat iedereen een korte afsluitzin uitspreken die hen motiveert, bijvoorbeeld:
- “Ik kijk uit naar…”
- “Ik wil bijdragen door…”
- Dit versterkt de positieve sfeer en helpt iedereen om de focus op de toekomst vast te houden.